All Categories
Featured
Table of Contents
3.2 Onderzoeksvragen Bovenstaande centrale vraagstelling is geoperationaliseerd in de volgende onderzoeksvragen: 1. Welke functie en taken hebben de wijkverpleegkundige en de andere disciplines binnen het Quattro-model op het gebied van de diabeteszorg en de complexe zorg voor ouderen? 2. Wat voor soort modellen voor samenwerking in Nederland worden in de literatuur beschreven op het gebied van diabeteszorg en complexe zorg voor ouderen tussen de volgende disciplines: 11 3.
5. 6. 7. 8. 1. 4 a. wijkverpleegkundige en praktijkondersteuner? b. Heb ik recht op een zorgbudget?. wijkverpleegkundige en verpleegkundig specialist? c. wijkverpleegkundige en huisarts? d. wijkverpleegkundige en medisch specialist? Welke zijn de samenwerkingsrelaties tussen praktijkondersteuner, verpleegkundig specialist, huisarts en/ of medisch specialist? Zijn er vergelijkbare samenwerkingsmodellen in het Verenigd Koninkrijk en de Scandinavische landen? Hoe zou de wijkverpleegkundige kunnen samenwerken met de overige disciplines binnen het Quattro-model volgens de betrokken partijen? Waar liggen voor de wijkverpleegkundige de grenzen en overlapsituaties met de disciplines binnen het Quattro-model waarmee zij samenwerkt? Levert de samenwerking binnen het Quattro-model de wijkverpleegkundige mogelijkheden op in de zin van wijziging van de taken en/ of perspectieven en wat zijn de consequenties voor de beroepsontwikkeling? Wat zijn de verschillen in de rolverdeling van de wijkverpleegkundige binnen het Quattromodel tussen die op het gebied van de diabeteszorg en die op het gebied van de complexe zorg voor ouderen? Begrippenkader In deze paragraaf worden een aantal begrippen omschreven die in dit onderzoek veelvuldig terugkomen.
• Diabeteszorg Diabeteszorg omvat de totale zorg voor mensen met diabetes mellitus (type 1 of type 2) (Zwaan, 1997). • Complexe zorg voor ouderen Van complexe zorg voor ouderen is sprake bij problematiek op verschillende gebieden, een veelal onduidelijke hulpvraag en een wankel evenwicht in de gezondheidssituatie (Stichting Gezondheidscentra Maastricht, 1999) - Thuisverpleging Sint-Amands.
• Positie, beroepsprofiel en functieprofiel Met het begrip positie wordt gedoeld op het functieprofiel en de beroepsontwikkeling (in de zin van wijziging van taken, perspectieven en consequenties voor de beroepsontwikkeling). Hierbij worden de begrippen beroeps- en functieprofiel gehanteerd zoals beschreven door Van Weelderen en Kerkstra (1998). Een beroepsprofiel moet worden beschouwd als de gemeenschappelijke kern van beroepsactiviteiten in de beroepspraktijk en beroepseisen waaraan men moet voldoen om het beroep te kunnen uitoefenen.
Een functie kan worden omschreven als de gemeenschappelijke doelstelling van een aantal, uit hoofde van hun gelijksoortigheid en gelijkwaardigheid, samengebundelde werkzaamheden. De functie geeft daarbij de doelstelling aan, de taken zijn de werkzaamheden die in het kader van de functie moeten worden uitgevoerd. 12 • Samenwerkingsmodellen en -protocollen Samenwerkingsmodellen worden binnen het onderzoek opgevat als modellen van samenwerking aan de hand van samenwerkingsprotocollen.
• Substitutie Substitutie betekent in het algemeen de gebruikelijke, traditionele vorm van zorgverlening vervangen door effectievere, efficiëntere, cliëntvriendelijkere vormen van zorgverlening (Spreeuwenberg et al., 2000, p (Palliatieve zorgverlening). 89). • Verticale substitutie Er is sprake van verticale substitutie wanneer de zorg van een meer gespecialiseerde hulpverlener overgedragen wordt op een meer generalistisch werkende hulpverlener.
31). 1 - Thuisverpleging Mariakerke. 5 Opbouw van de rapportage Dit rapport begint met een uiteenzetting van de onderzoeksopzet. Vervolgens wordt een samenvatting gegeven van de functieprofielen van de betrokken partijen binnen de context van dit onderzoek, dat wil zeggen de wijkverpleegkundige, de verpleegkundig specialist, de praktijkondersteuner, de huisarts en de medisch specialist (internist en geriater).
Vervolgens wordt ingegaan op de verschillende samenwerkingsmodellen die nu in Nederland en in het Verenigd Koninkrijk en de Scandinavische landen bestaan. Zorgverlening Dendermonde. Voorafgaande aan de algemene discussie en de reflectie op de onderzoeksvragen en de probleemstelling worden de resultaten van de interviews gegeven. 14 2 Onderzoeksopzet 2. 1 Aard en type van het onderzoek Het onderzoek is gericht op het verkrijgen van inzicht in nieuwe ontwikkelingen in samenwerkingsmodellen (Zorgverlening Hingene).
Daarom is gekozen voor een kwalitatieve onderzoeksopzet. 2. 2 Systematiek van dataverzameling Er is gebruik gemaakt van exploratief onderzoek. Palliatieve zorg Sint-Niklaas. De systematiek van de dataverzameling kent zes delen: 1. weergave van bestaande functieprofielen van alle betrokken disciplines: bestaande functieprofielen zijn weergegeven zoals beschreven door de landelijke organisaties; 2. oriënterende gesprekken: met de betrokken disciplines zijn oriënterende gesprekken gehouden.
literatuurstudie: er is een inventarisatie gemaakt van de literatuur omtrent modellen voor samenwerking tussen wijkverpleegkundigen en de andere disciplines binnen het Quattromodel met betrekking tot de complexe zorg voor ouderen en de zorg voor personen met diabetes mellitus. 4. interviews: op basis van de oriënterende gesprekken en de literatuurstudie is de rol voor de wijkverpleegkundige binnen het Quattro-model in kaart gebracht bij de betrokken partijen als ook bij de wijkverpleegkundigen zelf.
5. triangulatie van gegevens: in deze fase van het onderzoek zijn de gegevens uit de literatuurstudie en de interviews gecombineerd. Gerelateerd aan de eerder omschreven taken en functies is nagegaan waar voor de wijkverpleegkundige de grenzen en/ of overlap liggen met de taken en functies van de andere disciplines binnen het Quattromodel.
Bij het zoeken is gebruik gemaakt van een lijst met relevante zoektermen (zie bijlage 1). Wat is 1e 2e en 3e lijnszorg?. Publicaties zijn vervolgens gescreend op mogelijke relevantie door bestudering van de titel en de samenvatting. Bij verschillende zoektermen voorkomende publicaties werden slechts één keer meegenomen. Binnen de geselecteerde 15 literatuur werd aanvullend gezocht op relevante verwijzingen.
Voor een volledig overzicht van de gebruikte literatuur wordt verwezen naar de literatuurlijst. 2. 4 Semi-gestructureerde interviews Op basis van de literatuurstudie en de oriënterende gesprekken zijn vragen geformuleerd voor de semi-gestructureerde interviews. Palliatieve zorg Sint-Gillis-Waas. In de interviews ligt de nadruk op het beantwoorden van de onderzoeksvragen met betrekking tot de samenwerking van de wijkverpleegkundige met de overige disciplines in het Quattro-model (onderzoeksvraag 5), het bepalen van de grenzen en overlapsituaties voor de wijkverpleegkundige met de overige disciplines in het Quattro-model (onderzoeksvraag 6), de mogelijkheden die het Quattromodel oplevert in de zin van wijziging van taken, perspectieven en beroepsontwikkeling (onderzoeksvraag 7), en de verschillen in de rolverdeling van de wijkverpleegkundige binnen het Quattro-model tussen de diabeteszorg en de complexe zorg voor ouderen (onderzoeksvraag 8).
4.1 Geïnterviewde personen Op basis van de literatuurstudie is besloten met wie van de betrokken partijen semigestructureerde interviews zijn gehouden. Op twee niveaus zijn interviews afgenomen: op landelijk en regionaal niveau om op deze wijze inzicht te krijgen in de verschillende invalshoeken die men heeft bij de huidige ontwikkelingen. Om de onderzoeksvragen te beantwoorden, is ervoor gekozen de interviews bij vertegenwoordigers van de volgende partijen af te nemen: • huisartsen; • medisch specialisten (diabeteszorg en complexe zorg voor ouderen); • verpleegkundig specialisten (diabeteszorg en complexe zorg voor ouderen vanuit de thuiszorg en het ziekenhuis); • wijkverpleegkundigen met aandachtsgebieden; • praktijkondersteuners; • landelijke beroepsverenigingen; • patiëntenvereniging (diabetes).
Alle personen zijn door middel van een brief benaderd voor deelname aan dit onderzoek (bijlage 3). 2. 4 - Zorgverlening Sint-Niklaas.2 Opzet interviews De methode van semi-gestructureerde interviews wordt met name toegepast om complexe onderwerpen in kaart te brengen en om een nieuw onderzoeksterrein te verkennen. Bij deze methode zijn door de onderzoeker via vooraf bedachte vragen of globale onderwerpen en met name via het doorvragen bij gegeven antwoorden, de gegevens verzameld (Fitzpatrick & Boulton, 1994) - Zorgverlening Eksaarde.
Per gesprekstopic is een beginvraag geformuleerd, terwijl in aansluiting daarop de interviewer naar eigen inzicht mag doorvragen (Wester, 1995; Emans, 1990). De interviews zijn gehouden aan de hand van een interviewschema (bijlage 4). 16 2. 4.3 Analyse interviews Alle interviews zijn op band opgenomen, uitgetypt en gecodeerd. Op deze manier heeft de onderzoeker een controle-instrument ten aanzien van het gebruik van het interviewplan en zijn de interviews onderling beter vergelijkbaar.
Tijdens een 8 uur durende bijeenkomst van de onderzoeker, onderzoeksbegeleider en projectleider zijn de analyseresultaten met elkaar vergeleken en is hierover tot overeenstemming gekomen - Een geïntegreerde zorgverlening in de eerste lijn. Op deze wijze is gestreefd naar het verkrijgen van intern valide onderzoeksresultaten, oftewel het zo veel mogelijk van systematische vertekening vrijhouden van de argumenten en redeneringen die hebben geleid tot de conclusies.
17 3 Landelijke functieprofielen van de betrokken disciplines In dit hoofdstuk worden de beroeps- of functieprofielen van de betrokken disciplines weergegeven (Wie komt in aanmerking voor zorgbudget?). Volgens de beschrijving van van Weelderen en Kerkstra (1998) gaat het bij de weergave van de werkzaamheden van de wijkverpleegkundige, de praktijkondersteuner en de verpleegkundig specialist om functieprofielen; deze geven immers een verbijzondering weer van het algemene beroepsprofiel van de verpleegkundige.
De basisverpleegkundige kan zich in het werkveld verder specialiseren in de zorg voor een specifieke zorgcategorie en zich in oplopend competentieniveau ontwikkelen van basisverpleegkundige met differentiatie tot gespecialiseerd verpleegkundige en tenslotte tot verpleegkundig specialist. De verpleegkundig specialist beschikt aldus over competenties die naar range, breedte en diepte groter zijn dan die van de gespecialiseerde verpleegkundige (Boekholt, 2001) - Wat is de betekenis van zorgverlening.
Kies voor zorgverlening van Thuisverpleging Bornem (Klein Brabant)Latest Posts
Stoma Bag Vs Colostomy Bag
Stoma Plakken
Alarmsysteem Vergelijken En Kopen (December 2023)